a-specifieke afweer en specifieke afweer (theorie - theorie met verwerkingsopdrachten)| bovenbouw h v |
antigeen-presentatie
Lichaamsvreemde antigenen kunnen door fagocytose of door andere processen op de MHC II-receptoreitwitten geplaatst worden.
fagocytose
Op het moment dat een cel antigenen op de MHC II-receptoreiwitten op het celmembraan geplaatst heeft spreekt men van een antigeen-presenterende cel.
Via bloed en lymfe komen de antigeen-presenterende cellen terecht in lymfoïde organen.
lymfatisch weefsel
Macrofagen scheiden de hormoonachtige stof interleukine 1 af. Interleukine 1 is een cytokine. Cytokinen hebben een regulerende functie.
In het lymfatisch weefsel activeert interleukine 1 T-lymfocyten met de juiste T-celreceptoren om de antigeen-presenterende cel op te zoeken. De T-lymfocyten hechten daarna aan de antigenen op het celmembraan van de antigeen-presenterende cellen.
antigeen-presentatie
Hierdoor worden de T-lymfocyten geactiveerd. Geactiveerde lymfocyten delen veelvuldig en ontwikkelen zich tot T-helpercellen, T-geheugencellen en cytotoxische T-cellen.
celmembraan

Na fagocytose van een ziekteverwekker wordt antigeen op het MHC II-receptoreiwit geplaatst. Dit antigeen is afkomstig van de ziekteverwekker.
